Als in een gebouw brand uitbreekt, moeten personen die in het gebouw aanwezig zijn het gebouw veilig kunnen verlaten. Grote gebouwen worden daarom opgedeeld in een aantal compartimenten die onderling worden gescheiden door brandvertragende wanden en doorgangen.
Deze doorgangen moeten worden afgedicht met een brandwerende voorziening, zoals een brandwerende deur, een luik of een scherm. Om een goede brandscheiding te waarborgen, moeten deze voorzieningen bij brand gesloten worden of alsnog vanzelf op mechanische wijze (stroom kan uitvallen) sluiten. Het spreekt voor zich dat deze brandwerende afdichting dezelfde brandwerendheid moet hebben als de brandvertragende wand.
Het bouwbesluit gaat uit van het prestatiebeginsel, dus de brandwerendheid van deze voorzieningen moet aangetoond zijn. Dit kan rekenkundig wanneer het bijvoorbeeld een staalconstructie betreft, maar bij deurconstructies gebeurt dit veelal door middel van een brandproef. Deze test wordt uitgevoerd onder vastgestelde condities (op de foto hierboven is een schuifdeur in zo’n proefopstelling te zien) en aan de hand hiervan kan worden vastgesteld hoe lang de geteste deur brandwerend is.
Veel normen die in Nederland van toepassing zijn, worden aangeduid met de codering NEN (dit is de afkorting van Nederlandse Norm) gevolgd door een nummer. Ze worden uitgegeven door het Nederlandse Normalisatie Instituut. Voorbeelden van coderingen uit andere Europese landen zijn de coderingen DIN (Duitsland) BS (Engeland) en NBN (België).Verder worden Europese normen worden aangeduid met EN, en wereldwijde normen met ISO.
Min of meer regelmatig voorkomende normen op het gebied van brandwerendheid zijn:
Vraag onze referenties op of maak vrijblijvend een afspraak, we denken graag met u mee over een veilige oplossing.
Is de brandveiligheid van uw gebouw op orde?
Vraag onze referenties op of maak vrijblijvend een afspraak, we denken graag met u mee over een veilige oplossing.